De afgelopen weken hebben wij het in KG gehad over het verschil tussen het woord huis en het woord thuis. Er zijn een heleboel verschillende soorten huizen, maar die zijn niet allemaal ons ’thuis’.
De woordenschatwoorden van dit project zijn:
Het woonhuis, de villa, de bungalow, het rijtjeshuis, de woonboot. Thuis, de veiligheid, het gezin, de gezelligheid, de woning. Nomade, yurt, tipi, woonwagen, iglo. Het dak, de schoorsteen, de voordeur, de brievenbus
We hebben allerlei onderdelen van een huis benoemd en daarna zijn we gaan kijken wat we allemaal nodig hebben om van een huis een thuis te maken. Speelgoed was een hele belangrijke, maar gelukkig ook onze familie en onze huisdieren. Wat we ook graag in ons thuis hebben is een bed en een wc.
Daarna hebben we gekeken naar het verschil tussen huizen in het ene land en in het andere land. We hebben yoghurt gegeten in een yurt en indiaantje gespeeld in een tipi.
De voorzetsels hebben we geoefend door juf Andrea op en onder, voor en achter haar huis te zetten. Maar het leukste was juf Andrea door de schoorsteen van ons kartonnen huis gooien. We hebben dat allemaal wel een keertje gedaan. Maar ook al is de juf 8 keer door de schoorsteen gegaan, ze kwam er niet uit als Zwarte Piet. En dat was een mooi bruggetje naar ons volgende project: Sinterklaas en Zwarte Piet.
Volgende week zet ik meer informatie over dit project op het blog. Kijk ook in de komende nieuwsbrief van de Rode Leeuw voor de data.
Wel alvast 2 puntjes:
– We hebben wcrolletjes nodig voor de knutselochtend in Solana, zouden jullie die voor ons kunnen sparen?
– Op 4 december gaan we pepernoten bakken tijdens de Nederlandse les. Daar heb ik 1 of 2 hulpouders bij nodig. Je kunt je opgeven als hulpouder via andrea@derodeleeuw.org.
